Cookies

We gebruiken cookies zodat deze site goed werkt. Ook kunnen we met cookies advertenties tonen op andere websites. Klik op 'Ja' om alle cookies te accepteren. Meer weten of uw instellingen aanpassen? Ga naar privacy en cookies.

Direct naar content

170 jaar duinwater uit de kraan

Op 12 december 1853 kwam er voor het eerst duinwater uit de kraan bij de Haarlemmerpoort in Amsterdam. Via een kilometerslange waterleiding vanuit Vogelenzang werd hier de eerste emmer water verkocht voor 1 cent. Dit is het begin van de geschiedenis van het Amsterdamse drinkwater. En het begin van een betere gezondheid van de Amsterdammers.

Stinkende grachten en slechte hygiëne

De stad Amsterdam had vroeger een groot probleem: het stonk er verschrikkelijk. De grachten waren een open riool waar van alles in dreef. Bijvoorbeeld slachtafval, dode dieren en poep en plas. Het water in de Amsterdamse grachten was zo vies dat er geen goed drinkwater van te maken was. Daarom werd schoner water met schepen vanuit de Vechtstreek naar de stad gebracht. Maar de meeste arme mensen konden dit water niet betalen. Zij gebruikten water uit de gracht of de regenton. Hiervan werden veel mensen ziek en stierven er soms van. Vooral cholera maakte veel slachtoffers.

De blauwe dood

In Europa in de 19e eeuw kwam cholera vaak voor. Honderdduizenden mensen gingen dood aan deze ziekte omdat ze besmet water dronken. Cholera veroorzaakt ontstekingen in de darmen en diarreeaanvallen. Zo raakt het lichaam veel water kwijt, tot wel een liter per uur. De ziekte droogt het lichaam dus uit en de huid wordt blauw. Vandaar de bijnaam ‘blauwe dood’. Organen stoppen ermee als ze niet genoeg vocht krijgen. Zonder behandeling sterft een cholerapatiënt vaak binnen een paar dagen. 

Het is te danken aan het schone duinwater dat tijdens de uitbraken van cholera van 1855 en 1866 in Amsterdam veel minder slachtoffers vielen dan in andere grote steden in Nederland. De ziekte kwam daarna bijna niet meer voor.

De rol van Jacob van Lennep

Het bestuur van de stad Amsterdam maakte allerlei plannen om de situatie te verbeteren, maar er kwam niet veel van terecht. Het beste was om de stad uit te vluchten door een huis buiten de stad te kopen. Maar dat konden alleen de rijken betalen. Zo woonde de rijksadvocaat en schrijver Jacob van Lennep vaak op het landgoed Huis te Manpad in Heemstede, dat van zijn familie was.

Het verhaal gaat dat op een warme zomerdag in 1845 de vrouw van Jacob van Lennep een glas helder duinwater inschonk. Ze genoten van dit smakelijke water. ‘Kunnen we dit duinwater niet naar Amsterdam brengen?,’ vroeg mevrouw Van Lennep. Dat was het begin van het plan om duinwater van Heemstede naar Amsterdam te brengen.

Om dit plan uit te voeren was een bedrag van 2,5 miljoen gulden nodig. Toen het niet lukte om in Nederland mensen te vinden die geld in het project wilden steken, wist de energieke Jacob van Lennep in 1851 een groep rijke Engelsen wel te overtuigen. 

23 kilometer buizen

In 1845 bedacht ingenieur Christiaan Vaillant een plan om met een pijpleiding duinwater te leveren aan Amsterdam. Jacob van Lennep was enthousiast en ging op zoek naar geld voor dit project, die hij uiteindelijk in Engeland vond. In 1851 kreeg Jacob van Lennep van koning Willem III toestemming om de Duinwater-Maatschappij op te richten. De werkzaamheden om de leiding van de duinen naar de stad te leggen konden beginnen! Koning Willem III stak de eerste schep in de grond om in de duinen de Oranjekom te graven. Aan de Leidsevaart werd een heel modern stoompompstation gebouwd dat het water door gietijzeren buizen naar de hoofdstad bracht. Er waren 8850 buizen nodig over een lengte van 23 kilometer om de Willemspoort (nu de Haarlemmerpoort) te bereiken. Voor die tijd een enorme prestatie!

1 cent per emmer

Vanaf 12 december 1853 konden Amsterdammers bij de Haarlemmerpoort een emmer duinwater kopen voor 1 cent. Dat was een stuk goedkoper dan water uit de Vecht dat met schepen naar de stad werd vervoerd. Dit Vechtwater werd voor 2 cent per emmer verkocht en was dus dubbel zo duur. Nu konden veel meer Amsterdammers schoon drinkwater betalen. Dit was een grote verbetering voor de gezondheid van veel Amsterdammers. 

In 170 jaar is de prijs voor drinkwater nauwelijks gestegen. Tegenwoordig kost 10 liter kraanwater  ongeveer 2 cent. Kraanwater is vergeleken met andere producten heel goedkoop. 

20.000 emmers duinwater per dag

Veel mensen hadden de advertentie gezien waarin de verkoop van duinwater bekend werd gemaakt. Op 12 december 1853 werden al in de eerste 2 uren 1.000 emmers duinwater verkocht. Amsterdammers stonden in de rij om hun emmers te laten vullen. De vraag naar het schone duinwater werd met de dag groter. In de kranten stond hoeveel emmers water er werden verkocht. Zo was te lezen dat op een dag in die eerste maand meer dan 20.000 emmers duinwater werden verkocht. “Waarlijk wel een bewijs hoe hoog de behoefte aan zuiver drinkwater is in de stad en hoe de maatregelen de Duinwater-Maatschappij op welverdienden prijs wordt gesteld”, zo stond er. Nu gebruiken Amsterdammers gemiddeld 14 emmers water per persoon per dag. Daar staan ze niet meer voor in de rij. 

De Amsterdamse Waterleidingduinen

De Waterleidingduinen hebben altijd een belangrijke rol gespeeld bij de zuivering van water voor Amsterdam. Dat was vroeger zo en nu nog steeds. In de Waterleidingduinen begint de zuivering van 66% van het drinkwater van Amsterdam. We halen water via het Lekkanaal bij Nieuwegein uit de rivier de Rijn, zuiveren dit voor en pompen het daarna het duin in. Hier wordt het water in 3 maanden door het duinzand op een natuurlijke manier verder schoongemaakt. Daarna stroomt het naar de zuivering Leiduin waar we het verder schoonmaken. De Amsterdamse Waterleidingduinen zijn een prachtig natuurgebied. Iedereen is welkom voor een wandeling, leuke excursies en activiteiten. Het natuurgebied ligt tussen Zandvoort en Noordwijk en is ongeveer 5 kilometer breed en 10 kilometer lang. Komt u ook eens kijken? 

Bezoek de Amsterdamse Waterleidingduinen

Zand zuivert

Het zand uit de duinen werkt als een natuurlijke filter om het water te zuiveren. Water in de hogere delen van de duinen zakt langzaam door het zand van de duinen naar beneden. In het zand en op het grind leven nuttige bacteriën. Ze gebruiken bepaalde stoffen uit het water als voedsel. Zo halen de bacteriën schadelijke stoffen uit het water. Virussen en bacteriën blijven in het zand achter en wat overblijft is schoon duinwater. Dit natuurlijk gezuiverde water was niet alleen schoner en lekkerder dan water uit de gracht of rivier, maar het was vooral gezond om te drinken. Nu nog maken we zo goed mogelijk gebruik van de zuiverende kracht van het zand. De duinen maken elk jaar 70 miljard liter water schoon. Zand speelt nog steeds een grote rol, maar we gebruiken nog meer technieken om het water schoon te maken.

Waar komt ons drinkwater vandaan?

500 x happen en tappen

In de Amsterdamse Waterleidingduinen staan fonteintjes. Ook herten genieten hier van het water uit een fonteintje. In Amsterdam vind je minder herten, maar wel 500 watertappunten. De eerste openbare watertappunten zijn geplaatst in 1903. Toen had nog niet iedereen drinkwater thuis. De overheid wilde dat iedereen toegang kreeg tot schoon drinkwater. Waternet plaatst, onderhoudt en beheert de watertappunten. Dit doen wij namens de gemeente Amsterdam. Op zoek naar lekker drinkwater in de stad? Ga naar de kaart en vind een van de 500 tappunten! 

Vind watertappunten in Amsterdam
Berrybot Berry, de digitale assistent